Enorme prijsstijgingen van chips verwacht ! Stel uw aankoop niet uit.

Waarom IT geheugen duurder wordt — en wat dat betekent voor zakelijke laptops, servers én videokaarten
Bedrijven merken het steeds vaker: laptops, servers en zelfs losse geheugenmodules worden duurder. En nu komt daar nog een extra zorg bij — videokaarten (GPU’s) gaan óók in prijs stijgen. De oorzaak? Een perfecte storm van schaarste, productieverschuivingen en een enorme vraag vanuit AI en datacenters. In dit artikel leggen we uit waarom dit gebeurt, wat recente marktontwikkelingen laten zien, en wat dit betekent voor jouw zakelijke IT-budget.
Wat gebeurt er op de geheugenmarkt?
Over de geheugenmarkt zien we al geruime tijd fors stijgende prijzen. Volgens marktanalyses en prijsvergelijkingen liggen de prijzen van RAM en SSD’s nu 20–100% hoger dan 12 maanden geleden. Zo voorspelt TrendForce bijvoorbeeld dat de prijs van NAND-flash (voor SSD’s) in 2025 met meer dan de helft zal stijgen. En voor werkgeheugen zien we een vergelijkbare trend:
Fors duurdere RAM-modules: Zowel nieuw DDR5-geheugen als ouder DDR4-geheugen is structureel flink duurder aan het worden. De prijzen van DDR5-modules zijn in recente weken zelfs met ~300% gestegen, en ook DDR4-geheugen is de laatste weken weer in opmars (bron)
Minder geheugen in nieuwe laptops: Sommige fabrikanten nemen maatregelen tegen de hoge geheugenkosten. Zo heeft HP aangekondigd dat het vanaf 2026 bepaalde laptops standaard met minder RAM zal leveren, omdat de inkoopprijzen te hoog zijn. Met andere woorden: waar een model voorheen bijvoorbeeld 16 GB had, krijgt het nieuwe model mogelijk slechts 8 GB RAM. (bron)
-
Populaire geheugenkits verdubbeld in prijs: Bepaalde veelverkochte geheugenkits (zoals een 32GB DDR5-6000 kit) zijn in de afgelopen tijd meer dan verdubbeld in prijs. Een van de populairste 32GB DDR5-kits kost nu bijna €300, terwijl dezelfde kit een half jaar geleden iets meer dan €100 kostte. (bron) Dit illustreert hoe hard de prijzen omhoog zijn gegaan in korte tijd.
Waarom worden geheugen en SSD’s duurder?
Er spelen meerdere factoren die de prijzen van geheugen (RAM) en opslag (SSD’s) opstuwen. We zetten de belangrijkste redenen op een rij:
-
Productiebeperkingen & fabrieksafschaling: In 2023 hebben grote geheugenfabrikanten zoals Samsung, Micron en SK Hynix de productie verlaagd vanwege de lage pc-vraag en overschotte. Dit afschalen van fabrieken om de prijzen te stabiliseren heeft nu een keerzijde: nu de vraag ineens explodeert door AI, servers en cloud, is er te weinig productiecapaciteit om daaraan te voldoen. Nieuwe productielijnen opstarten kost bovendien tijd, waardoor het aanbod niet snel meegroeit met de vraag.
-
Hoge vraag door AI, datacenters en ML-workloads: Er is een enorme vraag ontstaan vanuit AI-toepassingen en datacenters. Geavanceerde AI-servers gebruiken extreem veel RAM én supersnelle SSD’s, wat een groot deel van de productiecapaciteit opslokt. Hierdoor ontstaat schaarste voor reguliere pc-componenten. De stijgende prijzen komen met name door de toegenomen vraag naar geheugen voor AI-datacenters. Veel bedrijven bouwen in hoog tempo nieuwe AI-infrastructuur, waardoor de vraag het aanbod ver overstijgt.
-
Overstap van DDR4 naar DDR5 en PCIe 5.0 SSD’s: De markt zit midden in de transitie naar de nieuwste generaties geheugen en opslag. DDR5-geheugen en PCIe 5.0-SSD’s presteren beter dan hun voorgangers, maar ze zijn ook duurder en complexer om te produceren. Daarnaast vergen nieuwe modules intensievere tests en validatie. Al die extra kosten en lagere aanvankelijke yield worden doorberekend aan de klant. Het resultaat is dat nieuwe laptops en servers met DDR5 of PCIe 5.0 standaard meer kosten dan vorige generaties.
-
Wisselkoersen en transportkosten: Tot slot spelen ook macro-factoren een rol. De euro/dollar-koers en hogere logistieke kosten tillen de Europese inkoopprijzen verder omhoog. Als de euro zwakker staat ten opzichte van de dollar, worden componenten die in dollars verhandeld worden (zoals chips en geheugen) duurder in euro’s. Daarnaast zijn transport- en energiekosten hoger dan enkele jaren geleden, wat eveneens wordt doorberekend in de prijs van hardware.
Videokaarten worden hierdoor ook duurder
Dit is een cruciaal punt dat veel zakelijke klanten nog niet in de gaten hebben. Niet alleen RAM en SSD’s, maar ook videokaarten (GPU’s) worden getroffen door de geheugencrisis. Moderne GPU’s gebruiken GDDR6- en GDDR6X-geheugen (een speciaal soort VRAM), en de productie daarvan wordt net zo goed – of zelfs nog harder – geraakt door de schaarste. TrendForce meldde onlangs dat de prijzen van videogeheugen (VRAM) dit kwartaal met 3–8% stijgen, en er zijn signalen dat dit pas het begin is.
Volgens recente berichten geldt het volgende:
-
Nvidia stopt met geheugenbundels voor kaartfabrikanten: Nvidia zou vanwege stijgende prijzen niet langer geheugenchips meeleveren bij de GPU’s die het verkoopt aan videokaartfabrikanten. Add-in-board-partners (zoals ASUS, MSI, Gigabyte) moeten hierdoor zelf GDDR6X- of GDDR7-chips inkopen op de vrije markt – tegen aanzienlijk hogere prijzen. Dit verbreken van het gebruikelijke leveringsmodel kan ertoe leiden dat de productiekosten van videokaarten flink stijgen en kleinere fabrikanten in het nauw komen (zij hebben minder schaalvoordeel bij eigen inkoop).
-
Videokaarten worden duurder zonder nieuwe generatie: Door de duurdere geheugencomponenten stijgen de prijzen van bestaande GPU-modellen, ook als er geen nieuw model uitkomt. Een voorbeeld: er gaan geruchten dat AMD de prijzen van álle Radeon-gpu’s met ongeveer 10% verhoogt vanwege het acute geheugentekort. Met andere woorden, dezelfde kaart kost binnenkort meer dan voorheen, puur door hogere kosten van geheugen.
-
Professionele GPU’s extra hard getroffen: Kaarten voor zakelijke toepassingen (zoals NVIDIA Quadro/RTX-professional GPU’s of AI-accelerators) zijn extra gevoelig voor prijsschommelingen. Dit komt doordat ze vaak uitzonderlijk veel en speciaal geheugen aan boord hebben (bijvoorbeeld zeer grote hoeveelheden VRAM of duur snellaangebonden geheugen). Fabrikanten van high-end kaarten moeten die geheugenchips vaak apart inkopen, wat betekent dat prijsstijgingen direct worden doorberekend. Dergelijke zware GPU’s (bijv. voor CAD, 3D-modelling, AI-training) zullen in 2026 dus naar verwachting aanzienlijk duurder worden.
Voor bedrijven betekent dit het volgende:
-
Zwaardere GPU-upgrades (bijvoorbeeld voor engineering of rendering-werkstations) zullen een flink hoger prijskaartje krijgen in 2026. Budgetteer hierop, want een high-end grafische kaart kan honderden euro’s duurder uitvallen dan een jaar geleden.
-
Upgrades van bestaande werkstations worden kostbaarder. Niet alleen nieuwe GPU’s, maar ook extra geheugen voor bestaande systemen is duurder. Het uitbreiden van RAM of VRAM in je huidige machines vergt nu een groter budget, waardoor de totale upgradekosten per systeem stijgen.
-
De leverbaarheid van GPU’s kan afnemen. Door de onzekere markt zullen fabrikanten minder risico nemen in hun productievolumes. Er is kans op schaarste en langere levertijden voor met name professionele videokaarten. Kleinere GPU-leveranciers kunnen bovendien benadeeld worden door de inkoopstrijd om geheugenchips, wat de keuzemogelijkheden verder beperkt.
Wat betekent dit voor jouw bedrijf?
Gezien de bovenstaande ontwikkelingen is het belangrijk om als bedrijf strategisch op deze trend in te spelen. Enkele aandachtspunten om rekening mee te houden:
-
IT-budgetten raken sneller uitgeput: Door de stijgende prijzen van RAM, SSD’s en GPU’s kun je met hetzelfde budget minder hardware kopen dan voorheen. Het is verstandig om je hardwarebudgetten tijdig te herberekenen en eventueel te verhogen, zodat je niet halverwege het jaar zonder budget zit terwijl essentiële upgrades nodig zijn.
-
Vroeg bestellen loont: Timing is nu extra belangrijk. Als je van plan bent om een reeks nieuwe laptops of werkstations aan te schaffen, kan vroegtijdig inkopen flink schelen in kosten. Prijzen zijn nu al hoog en zullen mogelijk verder stijgen; door eerder te bestellen (bijvoorbeeld nog vóór een aangekondigde prijsverhoging ingaat) kun je per device tientallen euro’s besparen – wat bij grote aantallen kan oplopen tot honderden euro’s voordeel.
-
Overprovisioning is nu slim: Als je tóch upgrades of nieuwe aankopen doet, koop bij voorkeur meteen wat meer geheugen dan je strikt op dit moment nodig hebt. De prijzen van geheugen gaan voorlopig niet dalen; een topman in de industrie waarschuwde al voor een historisch tekort dat tot diep in 2026 kan aanhouden. Extra RAM of opslag nu meenemen kan dus goedkoper zijn dan later moeten bijprikken tegen een nog hogere prijs. Met andere woorden: beter iets teveel geheugen nu, dan tekortkomen en duur moeten uitbreiden in de nabije toekomst.
-
Houd rekening met wachttijden voor GPU’s: Met name professionele grafische kaarten (bijvoorbeeld NVIDIA RTX/Quadro of specialistische GPU’s in HP Z-series workstations) worden schaars én duurder. Als jouw organisatie in 2026 plannen heeft voor 3D-rendering, engineering of AI-projecten die krachtige GPU’s vereisen, is het beter om die hardware sooner dan later te bestellen. Zo voorkom je dat je geconfronteerd wordt met lange levertijden of onverwachte prijsstijgingen op het moment dat je ze dringend nodig hebt.
Door proactief rekening te houden met deze trends kun je onaangename verrassingen in je IT-kosten beperken. Het is duidelijk dat de geheugenmarkt en alles wat daaraan gerelateerd is (van SSD’s tot GPU’s) in een uitzonderlijke fase van schaarste en prijsinflatie verkeert. Tijdige planning, slimme inkoop en het verkennen van alternatieven kunnen helpen om de impact op jouw bedrijfsbudget te verzachten.

